MASSACULTUUR-QUIZ
Om leerlingen op een activerende manier te laten leren over
de massacultuur bij Kunst Algemeen, heb ik de volgende opzet bedacht.
Leerlingen gaan in groepen samenwerken en krijgen steeds andere
fragmenten met betrekking tot de massacultuur te zien. Nadat zij een voorbeeld
gezien hebben, krijgen zij de opdracht om met elkaar te bespreken wat de
relatie is tussen onderstaande items uit het examenprogramma en de getoonde
fragmenten. Zij moeten niet alleen aangeven welke items in het fragment
aanwezig waren, maar zij moeten dit ook beargumenteren.
Voor docenten zijn deze
teksten een interessante voorbereiding voor massacultuur:
-
Lev Manovich over The Poetics of
Urban Media Surfaces http://www.firstmonday.org/issues/special11_2/manovich/
-
Afstudeerscriptie van Leonore Iris
Schmit: zien en gezien
worden. De functie van drie festivals voor audiovisuele kunst. http://www.mediamatic.nl/whoiswho/noortje/Zien_en_gezien_worden.pdf
Getoonde fragmenten:
ITEMS UIT HET EXAMENPROGRAMMA VOOR KUNST ALGEMEEN:
Onderwerp: Massacultuur in de tweede helft van de twintigste eeuw
- popart
en massamedia;
- soaps, comedy, tv-drama, videoclips;
- musical;
- kleding
in massacultuur en subculturen;
- popmuziek,
filmmuziek, elektronische muziek, 'fusion';
- multidisciplinaire
kunst;
- postmodernistische
kunst in relatie tot massacultuur;
- verzamelingen:
Centre Pompidou, Groninger museum.
Subdomein: Massacultuur in de tweede helft van de
twintigste eeuw
Kunst en religie, levensbeschouwing
- Visies
op geschiedenis: fragmentarisch; opgeven van vooruitgangsidee;
richtinggevende ideologieën zijn er niet (postmodernisme, Jencks);
consumeren, vermaakt worden.
- Grote
verscheidenheid in levensbeschouwingen waaronder relativisme, cynisme, 'no
illusion' (punk), hedonisme.
- Veelheid
van betekenissen door citaten en fragmenten; realiteiten; eigen fantasieën
(Eco).
- Items:
'verleidelijke' massaproducten; rollen die mensen spelen, 'sterren'; seks
en geweld; (nep-)sentimentele beelden; geënsceneerde beelden.
Kunst en esthetica
- Geen
vaststaande esthetische normen.
- Herwaardering
ornament.
- Herwaardering
verhalende verwijzingen.
- Complexiteit
en tegenspraak (Venturi).
- Herwaardering
figuratie.
- Cultuurrelativisme.
- Natuur:
natuur en clichés over de natuur.
- Originaliteit:
hoeft niet; clichés en (stijl)citaten mogen.
- Grensoverschrijdingen
van veel kunstdisciplines.
Kunstenaar en opdrachtgever; politieke en economische macht
- Opleiding:
vrij individualistische, eclectische leerroute.
- Opdrachtgevers:
- voor zogenaamde
hoge cultuur subsidies en sponsors;
- massacultuur
marktmechanismen.
- Het
spanningsveld tussen 'hoge' en 'lage' kunst.
- Sterrendom.
- Maatschappelijke
organisatie: globalisering; sterke individualisering (pluralisme,
subculturen).
- Verzamelingen:
behalve eigen smaak, inspelen op actualiteit; kunst als handel en
investering.
Kunst en vermaak
- Hollywoodfilms,
tv, reclame, stripverhalen, posters, megatentoonstellingen en
manifestaties.
- Popmuziek, soaps, videoclips, musicals.
- Kleding.
Kunst, wetenschap en techniek
- Reproduceerbaarheid.
- Computertechnieken
en elektronische kunst.
- Audiovisuele
media.
- Simulaties.
- Virtual
reality.
Kunst intercultureel
- (Stijl)citaten
uit verschillende culturen, c.q. subculturen.
- Fusion,
samensmelting.
- Wereldwijd
opereren van kunstenaars.
- Maatstaven
voor kunst: westers versus cultuurrelativisme.
- Kunst
van allochtonen; wereldmuziek.
Home terug naar massacultuur